Pre-Romeinse geschiedenis, 400 v.Chr. - 140 n.Chr.
Er wordt gezegd dat Lissabon, één van de oudste Europese hoofdsteden, 400 jaar voor het Romeinse tijdperk gesticht werd. Restanten van Keltische en andere stammen zijn gevonden op Portugees grondgebied, wat betekent dat dit kan kloppen. Verder zijn er restanten van vestigingen van Fenicische-Carthaagse stammen gevonden in de kustgebieden.
Romeinse tijdperk, 140 v.Chr. - 452 n.Chr.
In het Romeinse tijdperk werd wat nu Portugal is Lusitania genoemd, waar de naam lusófono voor iemand die Portugees spreekt vandaan komt. De Romeinen bezetten Lusitania omstreeks 140 v.Chr. en maakte er een provincie van die bekend werd om haar mijnen, agricultuur en met name de zoete wijnen. De regio Lusitania kreeg zijn naam van de Romeinse god Lusus, zoon van Bacchus, de god van de wijn. Romeinen brachten ook het Latijn naar Portugal en legden daarmee de basis voor de toekomstige nationale taal.
Middeleeuwen, 452 - 1279
Na de val van het Romeinse Rijk nam de Germaanse sam de Visigoten het Iberisch Peninsula over. Zij vestigden een machtige institutie van de kerk in hun koninkrijk, wat nog altijd een belangrijk onderdeel van de Portugese cultuur is. Snel daarna kwam de Arabische invasie en bezetting: een tijd waarin veel Arabische woorden het Portugees beïnvloedden. Het peninsula werd bezet dor de Moren voor meer dan 800 jaar, waarvan Portugal ongeveer 500 jaar bezet was (711-1249). Na de reconquista in 1279 werd Portugal eindelijk een koninkrijk dat onafhankelijk was van Spanje. De grenzen die toen zijn vastgesteld gelden tot vandaag de dag.
Imperiale tijdperk, 1279 - 1578
Portugal werd een machtige natie en zeemacht in deze periode. Bekende ontdekkingsreizigers zijn Vasco da Gama (ontdekte de route naar India), Fernando Magellan (voer om de aarde) en Bartolome Dias (voer om Afrika). Portugal maakte vele ontdekkingsreizen en stichtte kolonies over de hele wereld. De meest bekende is Brazilië, maar het stichte ook kolonies in Afrika zoals Mozambique en Angola en in ander continenten. Portugal werd de eerste en één van de grootste wereldmachten uit die tijd, met Spanje als één van de grootste rivalen.
Achteruitgang en herstel
Koning Sebastiaan I stierf in de strijd in Afrika in 1578, zonder dat er een troonopvolger was. Dit leidde tot een tweejarige crisis met als resultaat een grote achteruitgang van het Portugese rijk. Portugal moest vele oorlogen in Europa voeren en tegelijkertijd het verzet in kolonies onderdrukken.
In de periode 1640-1668 vocht Portugal de Restauratieoorlog, met als gevolg het herstel van de Troon en het voorkomen van overname door de Spaanse Troon. Portugal kreeg een beetje van zijn macht terug.
Napoleon en de Eerste Republiek
Portugal heeft altijd een goede relatie onderhouden met het Britse Rijk en wanneer Portugal weigerde om te wijken voor Napoleon, wat leidde tot een militaire aanval, werd het geholpen door de Britten om de onafhankelijkheid in 1812 terug te krijgen. Veel crisis volgden met als gevolg dat in de 19e eeuw de Braziliaanse overherser koning van Portugal werd en Rio de Janeiro gedurende een periode van 13 jaar (1808-1821) de hoofdstad van Portugal was. In 1910 werd de Eerste Portugese Republiek gesticht na een Republikeinse revolutie dat zorgde voor aftreden van de koning. Het kwam ten val in 1926 door een staatsgreep welke resulteerde in een militaire dictatuur.
Dictatuur en Anjerrevolutie
In 1933 werd de Tweede Republiek, ook wel Estado Novo (Nieuwe Staat) genoemd, gesticht door António Oliveira de Salazar. De dictatuur van Salazar werd gekenmerkd door nationalisme en isolatie (zijn motto: trots alleen) wat ervoor zorgde dat Portugal niet betrokken was bij beide Wereldoorlogen. Hij probeerde de Portugese kolonies onder zijn macht te houden en veel Portugezen moesten vechten in de koloniale oorlogen. Op 25 april 1974 eindigde de dictatuur met de vreedzame Anjerrevolutie: een staatsgreep.
Democratie en EU-lidmaatschap
Portugal werd een democratie en de eerste verkiezingen werden in 1975 gehouden. In 1986 werd Portugal lid van de Europese Unie (EU). José Barroso, één van de meest populaire politici en voormalig premier, was president van de Europese Commissie in de periode van 2004 tot 2014.